De Europese Unie (EU) heeft vanaf 5 juli 2024 extra tarieven opgelegd op de import van elektrische voertuigen die in China zijn geproduceerd. Er is echter een periode van vier maanden waarin de tarieven voorlopig zijn en er wordt verwacht dat er intensieve gesprekken tussen de EU en China zullen worden voortgezet.
He Yadong, een woordvoerder van het Chinese Ministerie van Handel, zei donderdag dat China fel tegen deze tarieven is. Hij voegde toe dat beide partijen tot nu toe meerdere rondes van technische gesprekken over de kwestie hebben gehouden.
“We hopen dat de Europese en Chinese partijen dezelfde kant opgaan, oprechtheid tonen en zo snel mogelijk doorgaan met het consultatieproces”, aldus He.
De voorlopige tarieven van maximaal 37,6% bovenop de standaardheffing van 10% zijn het resultaat van het antisubsidieonderzoek van de EU, dat in oktober van start ging.
Over vier maanden zou de Europese Commissie definitieve heffingen kunnen voorstellen, waarover de EU-lidstaten dan kunnen stemmen.
EU-landen zijn echter verdeeld over de vraag of ze wel of niet moeten pleiten voor extra tarieven op in China gebouwde elektrische voertuigen.
Duitsland, waar de autofabrikanten vorig jaar een derde van hun totale auto’s in China verkochten, wil deze tarieven afschaffen, terwijl Frankrijk tot de grootste voorstanders behoort.
Volgens de Duitse vereniging van de auto-industrie (VDA) zouden deze tarieven ook gevolgen hebben voor Europese bedrijven en hun joint ventures.
“De reden is dat een groot deel van de import van voertuigen uit China naar de EU afkomstig is van Europese en Amerikaanse fabrikanten. De aangekondigde antisubsidietarieven zijn soms zelfs hoger voor Europese bedrijven dan voor Chinese bedrijven”, aldus de VDA.
Europa’s grootste autofabrikant Volkswagen was er als de kippen bij om de aankondiging van donderdag te bekritiseren. “De negatieve effecten van deze beslissing wegen zwaarder dan de voordelen voor de Europese en met name de Duitse auto-industrie”, aldus een woordvoerder van Volkswagen in een verklaring.
De VDA zei: “Concurrentiekracht wordt gecreëerd door concurrentie. Antisubsidietarieven zijn geen adequate maatregel om de Europese concurrentiekracht en veerkracht op de lange termijn te versterken.”
VDA merkte ook op dat de antisubsidietarieven elektrische voertuigen duurder zouden maken op de Europese markt of dat ze niet op de markt zouden worden aangeboden.
“Dit zou de beschikbaarheid van goedkope elektrische voertuigen voor klanten beperken en de toch al vastgelopen opstart van elektromobiliteit verder compliceren. Dit is noch in het belang van Europese consumenten, noch komt het overeen met de doelen van de Green Deal.”
Chinese merken MG en Nio suggereerden dat ze later dit jaar de prijzen in Europa zouden kunnen verhogen. Tesla zei vorige maand dat het van plan was de prijzen van zijn Model 3 te verhogen.
Uit een informele peiling onder EU-regeringen blijkt dat de meeste landen nog steeds de voor- en nadelen van de escalerende handelsoorlog afwegen.
Deze kwestie zal de komende weken in een adviserende stemming aan EU-leden worden voorgelegd. Dat zal de eerste officiële test van steun zijn in een baanbrekende zaak voor de Europese Commissie. De EU startte het onderzoek zonder enige klacht van de industrie.
De EU-lidstaten zullen in oktober ook stemmen over de vraag of de Europese Commissie na afloop van het onderzoek meerjarige tarieven voorstelt.
Deze tarieven zouden worden geblokkeerd als een ‘gekwalificeerde meerderheid’ van ten minste 15 landen, die 65% van de EU-bevolking vertegenwoordigen, ertegen stemt.
Frankrijk, Italië en Spanje, met 40% van de EU-bevolking, hebben aangegeven dat ze de tarieven zouden steunen. “Europa moet zichzelf verdedigen als onze bedrijven worden geschaad en niet op gelijke voet concurreren”, aldus het Spaanse ministerie van Economie.
Volgens officiële bronnen en overheidsbronnen debatteren Tsjechië, Griekenland, Ierland en Polen nog steeds over deze kwestie.
